Praca w Polsce dla Holendrów. Dlaczego nie?
Beata Bruggeman-Sękowska przeprowadziła wywiad z Dirkiem Aarts, partneren agencji PR 24/7. Agencja ta wygrała w 2014 konkurs dla PR agencji Impactor.
Rozmawiała też z Erikiem Drok, prezesem Niderlandzko-Polskiej Izby handlowej, Bartem Lemmensem, konsultantem z firmy Tebodin i z Robem Sterk z
rządowej organizacji EVD. Wynikiem tych wywiadów jest artykuł opublikowany przez niderlandzką gazetę Telegraaf.
Wersja niderlandzka jest dostępna poniżej:
Aan de bak in Polen? Waarom niet? (‘ Czemu nie?‘)
Polen wordt een steeds belangrijkere zakenpartner voor Nederlanders. Het land biedt volgens Eric Drok, voorzitter van de Pools-Nederlands Kamer van Koophandel, dan ook voldoende veel mogelijkheden. Schrijfster/journaliste Beata Bruggeman-Sekowska wijst in onderstaand artikel op nuttige tips die Nederlandse ondernemers kunnen helpen hun kans op succes in dit land te vergroten.
Volgens Drok biedt Polen naast politieke stabiliteit en een snel ontwikkelende infrastructuur vooral ook mensen met de juiste mentaliteit. “Ze zijn bereid overuren te maken, ze zijn enthousiast en professioneel. En natuurlijk is een economisch groei van 1,8 % voor 2009 een groot succes.”
Volgens Dirk Aarts, ondernemer in Polen met zijn PR-bedrijf Twenty Four Seven, heeft het land een magische aantrekkingskracht. ”De cultuur. De tragische geschiedenis. De enorme dynamiek en vooruitgang. Polen is in tien jaar tijd bijna een nieuw land geworden. De ambitie, de passie, zit dieper dan bij Nederlanders. Poolse mensen zijn vechters en overlevers. Sterke onderhandelaars die zich vastbijten. Als Polen iets willen – doen ze het uiteindelijk. Soms iets te onbesuisd en zonder al te veel planning. Ze duiken ergens in zonder te weten waar het precies eindigt. Dit onberekende maakt dat de Polen in het algemeen ver komen.”
Drok voegt toe: ”Polen zijn gefocust op ’doen’. Als je iets voorstelt dan hoor je meteen: JA, DOEN!”
Wat Polen volgens beiden ook te bieden heeft, is de ligging. Het land ligt om de hoek, met een vliegtijd van anderhalf uur. Polen ligt centraal tussen West- en Oost-Europa en grenst met Rusland en haar voormalige republieken. Logistiek is dat gunstig. Ook noemen ze de lagere productiekosten en loonkosten, een grote beroepsbevolking met ongeveer 24,5 miljoen mensen, een hoog opleidingsniveau en het EK Voetbal dat Polen in 2012 samen met Oekraïne organiseert.
Het Nederlandse bedrijfsleven heeft in 2009 voor dit evenement ongeveer honderd miljoen euro aan orders binnengehaald. In Polen is de vraag naar hardware en technologie groot en er zijn inmiddels orders geschreven ter waarde van bijna 70 miljoen euro. Bijna de helft is voor het nationale stadion in Warschau. Toch liggen er nog steeds kansen voor andere bedrijven: de laatste orders voor bouw- en infrastructurele projecten worden binnenkort vergeven, met name in de ICT-sector en voor beveiligingsbedrijven. Op het gebied van water- en afvalmanagement zijn er ook nog veel mogelijkheden omdat Nederland hier technologisch op voorloopt.
Misverstanden
De grootste belediging voor een Pool is om hem als Oost-Europeaan te betitelen. Een andere riskant onderwerp is godsdienst. Dirk Aarts: ”Holland en Polen zijn in sommige opzichten elkaars uitersten, zoals op het gebied van het (katholieke) geloof. Een van de eerste fouten maakte ik in 1999, drie maanden na aankomst. Paus Johannes Paulus II was in het land voor een bezoek. Op een terrasje spraken wij, drie buitenlanders, hierover. Gezien de leeftijd van de heilige man ging het al snel over hoelang de paus nog zou leven en of dit zijn ’afscheidsbezoek’ aan Polen was. Dit eindigde uiteindelijk in een weddenschap, die werd bezegeld op de achterkant van een bierviltje. Absoluut ’not done’ natuurlijk. Toen dit uitlekte in het bedrijf had ik aardig wat excuses en verontschuldigingen te maken. Les 1 is dus: spreek in een business-omgeving niet (of hooguit zeer oppervlakkig) over politieke- of geloofskwesties.”
Polen zijn best kritisch maar hebben moeite als de kritiek over Polen van niet-Polen komt. Een slimme strategie is om een voorzet te geven, die dan door de Polen ingekopt kan worden. Bijvoorbeeld als u zegt dat ’de infrastructuur vorderingen maakt’ zal uw Poolse discussiepartner inhaken met een klaagzang over het Poolse wegennet.”
Aarts voegt daaraan toe: ”Vaak is ook de Nederlandse directheid onhandig in Polen. Ik heb al aardig wat knallende aanvaringen gehad in een business-omgeving doordat ik iets te direct zei waar het op staat. Op cruciale momenten ’de snel gebekte Nederlandse mond dichthouden’ is het devies.”
Taalbarrière
Bart Lemmens, die in 2007 naar Polen kwam om te werken voor een consultancybedrijf, zegt: ”Als Nederlander in Polen loop je vaak tegen een taalbarrière op. Vaak spreken ze wel Engels, Duits, of Russisch maar zijn ze erg bescheiden en terughoudend om contact te maken. Zowel privé als zakelijk. Pools is een van de moeilijkste talen, zowel qua grammatica als uitspraak. Zo kent het Poolse woord voor ’twee’ bijvoorbeeld zeventien mogelijkheden. In het Nederlands is dat er slechts één. Pools kent ook zeven naamvallen. Daarom spreken zelfs Polen de taal niet foutloos.”
Maar als hun buitenlandse gesprekspartner de moeite neemt en een paar woorden Pools spreekt, reageren de meeste Polen verrukt. Vanaf dat moment praten zij in hoog tempo Pools terug, waardoor u er als buitenlander weer niks van kunt volgen. En als zelfs goed geoefend zijn niet helpt: ‘Wolno, wolno prosz?, ja rozumi? po polsku, ale troch?,’ (Langzaam, langzaam, ik begrijp Pools maar alleen een beetje…)
Zo’n situatie is ook herkenbaar voor Polen zelf. Anna Zubr van privé-kliniek Vita-Glob in de buurt van Warschau zegt: “Wij vinden het natuurlijk zó leuk dat buitenlanders Pools proberen te praten dat wij soms gewoon uit vreugde vergeten dat zij buitenlanders zijn. Ongeveer een week geleden hadden wij een Nederlandse patiënt. Onze plastisch chirurg heeft haar alles in het Engels uitgelegd, maar toen de patiënte één zin in het Pools zei was het resultaat dat de arts de hele procedure nogmaals in het Pools aan haar heeft uitgelegd!”
Heel belangrijk is ook iets te weten over het stopwoordje ‘noo’ dat door Polen vaak gebruikt wordt zodra u iets vertelt. U zou denken dat ze ‘nee’ zeggen, maar niets is minder waar! Ze zeggen gewoon ‘ja’ en benadrukken hiermee dat zij dus uw gesprek met belangstelling volgen! U moet ook niet klagen over Nederlandse begrippen waar de Polen veel meer woorden voor nodig hebben dan wij, zoals:
- Deeltijdwerknemer: ‘pracownik pracuj?cy w niepe?nym wymiarze’
- Ouderschapsverlof : ‘zwolnienie dla rodziców na opiek? nad dzieckiem, urlop wychowawczy’
- Functioneeringsgesprek: ‘rozmowa na temat funkcjonowania pracownika, rozmowa ewaluacyjna’
Ondanks het feit dat Pools een moeilijk te leren taal is, adviseert Bart Lemmens om dit toch te doen. De foutjes neemt men voor lief en men is veel bereidwilliger om zaken te doen. U toont ermee interesse en respect en dat is een ijsbreker. Lemmens voegt toe: “Iemand in zijn eigen taal aan te spreken is charmeren en charmeren is zakendoen.”
Landenfeiten:
Polen ( Polska), officieel de Republiek Polen, is een land in Midden-Europa. Sinds 1989 niet meer communistisch. Polen grenst aan zeven landen. In het westen wordt het begrensd door Duitsland, in het zuiden door Tsjechië en Slowakije, in het oosten door Litouwen, Wit-Rusland en Oekraïne en in het noorden door de Oostzee en door Rusland.
Polen is ongeveer 7,5 keer zo groot als Nederland en is het op negen na grootste land in Europa. In 2008 woonden in Polen 38 135 876 mensen, 0,6% van de wereldse bewolking en 5,3% van de Europese bevolking. Polen staat in de top tien producenten van geraffineerd koper, zwavel en (bruin)kool en televisietoestellen. Polen is de grootste producent van rogge: 25% van de hele wereldproductie. Polen is lid van de EU, de OESO, de NAVO, de WTO,de Wereldbank Groep en Het IMF. Nowy Swiat, de hoofdwinkelstraat van Warschau is de op negen na duurste ter wereld.
In 2008 waren in Polen 2330 Nederlandse bedrijven gevestigd waarvan 1275 met meer dan 10 medewerkers. De totale waarde van investeringen in Polen door Nederlandse bedrijven bedraagt 2,2 mld euro en daarmee was Nederland in 2008 de grootse investeerder zo blijkt uit de gegevens van de Poolse Nationale Bank (NBP). In 2010 bedroegen de investeringen 1,6 mld euro, waarmee Nederland de tweede plaats inneemt na Duitsland. De grootste sectoren waarin de Nederlanders actief zijn: vastgoed 32%, elektronische onderdelen 23,5% en metalen 16%. Andere sectoren zijn onder meer: chemie, levensmiddelen en tabak, transport, drank en papier.